Veelgestelde vragen

Heeft u een vraag over een functionaliteit in het managementpakket? Kijk eens bij de meest gestelde vragen of uw antwoord erbij staat.

U heeft bij een afkalving de kalfdatum niet goed ingevoerd en u wilt deze corrigeren. Hieronder worden de stappen omschreven hoe dit te corrigeren is:

  • Ga naar [1.2] Dierkaart
  • Ga naar de koe die gekalfd heeft
  • Ga naar het tabblad Voortplanting
  • Selecteer de kalfdatum en kies [Wijzig]
  • Wijzig de kalfdatum naar de juiste datum en kies [OK]. Op de waarschuwing die wordt gegeven kiest u [Ja] en op de vraag of de geboortedatum van het kalf ook gewijzigd moet worden kiest u wederom [Ja]

Als de melding reeds verstuurd is met de verkeerde kalf datum, dan dient dit bij overige instanties ook te worden gecorrigeerd. Dit is niet mogelijk vanuit het UNIFORM programma. U kunt wel op de website van RVO komen door te gaan naar Koppelingen -> I & R Online -> I & R online correctie. U dient zelf in te loggen op de site van RVO en de correcties door te voeren.

  • Ga naar [1.2] Dierkaart
  • Ga naar de dierkaart van het kalf wanneer het diernummer van het kalf bekend is, vul het nummer van het kalf in en druk op [Enter]. Is het nummer niet bekend vul dan het diernummer van de moeder in en druk op [Enter] en selecteer op het tabblad Stamboom het kalf door middel van een dubbel klik op dit dier.
  • Ga op de dierkaart van het kalf naar het tabblad Algemeen
  • Kies [Wijzig]
  • Ga naar tabblad Stamboom details
  • Verander de haarkleur en kies [OK]

Als de melding reeds verstuurd is met de verkeerde haarkleur, dan dient dit bij overige instanties ook te worden gecorrigeerd. Dit is niet mogelijk vanuit het UNIFORM programma. U kunt wel op de website van RVO komen door te gaan naar Koppelingen -> I & R Online -> I & R online correctie. U dient zelf in te loggen op de site van RVO en de correcties door te voeren.

Een geslacht van een dier is niet altijd  op dezelfde manier te veranderen als de haarkleur of geboortedatum.

Is het dier jonger dan 21 dagen? Dan kan u dit aanpassen op de dierkaart.

  • Ga naar [1.2] Dierkaart
  • Ga naar de dierkaart van het kalf
  • Ga op de dierkaart van het kalf naar het tabblad Algemeen
  • Kies [Wijzig]
  • Verander het geslacht
  • Controleer vervolgens de naam, indien gewenst pas aan
  • Ga naar tabblad Stamboom details
  • Selecteer hier de juiste diersoort
  • Ga naar tabblad Extra
  • Selecteer hier of u het kalf wilt aanhouden of niet
  • Kies vervolgens [OK]

Let op: Als de melding reeds verstuurd is met het verkeerde geslacht, dan dient dit bij overige instanties ook te worden gecorrigeerd. Zie hieronder hoe u dit kunt doen.

Is het dier ouder dan 21 dagen?

Verwijder het dier en voeg deze opnieuw toe.

  • Ga naar [1.2] Dierkaart
  • Ga naar het bewuste dier en noteer eerst het levensnummer, geboortedatum en haarkleur (of print de schets van het dier)
  • Ga naar tabblad Algemeen
  • Kies linksonder [Wijzig]
  • Kies [Verwijder]
  • Kies vervolgens [Ja] om het dier definitief te verwijderen
  • Klik op [Nieuw] en nu kunt u het dier opnieuw invoeren met het juiste geslacht

Als de melding reeds verstuurd is met het verkeerde geslacht, dan dient dit bij overige instanties ook te worden gecorrigeerd. Dit is niet mogelijk vanuit het UNIFORM programma. U kunt wel op de website van RVO komen door te gaan naar Koppelingen -> I & R Online -> I & R correctie. U dient zelf in te loggen op de site van RVO en de correcties door te voeren.

Als het kalf in de eerste instantie is aangemeld als aan te houden dier, wordt er niet automatisch een nieuw retourbericht klaargezet zodat u een geboortebewijs voor het kalf kunt printen. U kunt een geboortebewijs aanvragen via CRV of u kunt via de dierkaart van het betreffende kalf een registratieschets printen en deze meegeven als het kalf wordt afgevoerd.

Wordt er besloten om het kalf toch aan te houden of toch af te voeren, voer dan het volgende uit:

  • Ga naar [1.2] Dierkaart
  • Ga naar de dierkaart van het bewuste dier
  • Ga naar tabblad Algemeen
  • Kies linksonder [Wijzig]
  • Ga naar het tabblad Extra
  • Vink desgewenst aanhouden aan of uit
  • Kies nu [OK].

De diersoort dient nu nog te worden aangepast, ga hiervoor naar het tabblad Aan/afvoer. Hier staat de diersoort wijziging die bij invoer van het dier is bepaald. Selecteer deze diersoort wijziging en kies linksonder [Wijzig]. In het scherm dat nu tevoorschijn komt kunt u de juiste diersoort selecteren zodat de instellingen goed gaan.

Een aan te houden vrouwelijk dier dient in dit geval te worden aangemerkt als ‘melkvee’en niet als ‘NUKA’. De optie ‘NUKA’ is alleen van toepassing op kalveren waarvoor het voornemen is dat het binnen enkele weken wordt afgevoerd.

De invoer van een afkalving met 1 kalf is in het programma ingevoerd en doorgestuurd, maar nu blijkt er nog een kalf te zijn geboren. Hoe corrigeer ik dit in het programma en hoe verstuur ik deze informatie?
De beste (en eenvoudigste) manier is door de afkalving bij de koe te verwijderen en daarbij ook het kalf te verwijderen. Vervolgens kan in de daginvoer de afkalving opnieuw worden ingevoerd met een tweeling. De stappen om dit te corrigeren zijn:

  • Noteer eerst de gegevens van het reeds ingevoerde kalf (of druk een schets af)
  • Open [1.2] Dierkaart
  • Ga naar de koe die gekalfd heeft
  • Ga naar het tabblad Voortplanting
  • Selecteer de kalfdatum en kies [Wijzig]
  • Kies nu [Verwijderen] waarbij u bevestigd dat deze afkalving moet worden verwijderd en op de vraag of u ook de kalveren wil verwijderen kiest u [Ja]
  • De hele invoer is verwijderd en sluit nu de dierkaart en ga naar [1.1] Daginvoer
  • Geef de afkalving opnieuw in waarbij nu wordt gekozen voor een tweeling (voer het reeds gemelde dier in met dezelfde gegevens)

Als u deze melding nu verstuurd via Koppelingen -> I & R Online -> I & R Online Versturen, dan zal hier een opmerking worden gegeven dat het een herhaalde melding betreft en ook zal er een opmerking komen dat er sprake is van een meerling. Als deze waarschuwingen worden weergegeven, dan is de informatie goed doorgestuurd.

Er zijn 2 manieren om nieuwe dieren handmatig in te voeren. De eenvoudigste manier is via de groepsinvoer (onder [1.1] Daginvoer). Daarnaast kan bij een enkel dier een nieuwe dierkaart worden gemaakt bij [1.2] Dierkaart. De invoer via groepsinvoer wordt hieronder als eerste nader toegelicht en vervolgens wordt toegelicht hoe een nieuw dier dier kan worden ingevoerd via de dierkaart. Belangrijk voor invoer is dat u beschikt over de benodigde gegevens van de dieren. Zorg dat u in ieder geval de volgende gegevens beschikbaar heeft:

  • Levensnummer
  • Diernummer
  • Geboortedatum
  • Geslacht
  • Haarkleur
  • Aankoopdatum

Verder is het wenselijk om andere informatie in te voeren. Zorg voor de volgende informatie (met name als u een koppeling heeft met een procescomputer):

  • Lactatienummer
  • Laatste kalfdatum
  • Zendernummer

Invoer via de groepsinvoer:
Om de invoer te doen, gaat u naar [1.1] Daginvoer -> Groepsinvoer -> Invoeren nieuwe dieren. In het eerste scherm vult u de volgende gegevens voor de dieren in:
Geslacht – Diersoort – Groepsnummer – Haarkleur – Ras – Invoer type (en eventueel Aanvoerdatum en Relatie).
De keuzes die u hier ingeeft zullen voor alle dieren als standaard worden ingevuld, maar kunnen nog worden aangepast per individueel dier. Als de standaardwaarden zijn ingesteld, kiest u voor [Volgende]. Hier maakt u de keuze welke gegegens u in wil voeren van de dieren. Hierbij kunt u kiezen voor:
Zendernummer – Naam – Stamboeknummer – Vader – Moeder – Lactatienummer/kalfdatum
Als u de gewenste optionele items heeft geselecteerd, kiest u [Volgende] en kunt u de gegevens die u geselecteerd heeft invullen. Voor elk dier gebruikt u dan een nieuwe regel. De velden die in de eerste instatie niet actief zijn om ingevuld te worden (deze zijn grijs), worden wel actief als u de invoer er voor met een bepaalde keuze beantwoord.
Bijvoorbeeld: het veld ‘Aankoopdatum’, wordt pas actief indien u bij de kolom ‘Op bedrijf’ aangegeven heeft dat het dier aangekocht is.
Met [Data opslaan] kunt u de gegevens verwerken. Als de dieren zijn ingevoerd, dan kunt u de meldingen vervolgens versturen

Invoer nieuw dier via de dierkaart:

  • Ga naar [1.2] Dierkaart
  • Kies linksonderin voor de optie ‘nieuw’
  • Vul op het tabblad ‘Algemeen’ de benodigde gegevens in (nummer, naam, levensnummer geboortedatum, geslacht en indien gewenst het transpondernummer en groepsnummer in, het advies is om wel een groep te kiezen voor het dier en deze niet op 0 te laten staan)
  • Ga naar het tabblad ‘Stamboomdetails’ en geef de diersoort (NUKA alleen gebruiken voor een kalf waarvan het voornemen is het binnen enkele weken weer af te voeren), en de haarkleur aan
  • Ga naar het tabblad ‘Extra’ en vink aan of het dier geboren is op het bedrijf en of het aangehouden wordt indien het dier op het bedrijf is geboren.

Als het dier is aangekocht hoeft er niets te worden aangevinkt op het tabblad ‘Extra’ en kan de invoer van het dier worden bevestigd met de knop ‘ok’ rechts onderin. U krijgt dan de vraag te zien of u de aankoop van het kalf nu wilt invoeren. Als u hier de aankoop invoert wordt de aankoop ook automatisch klaar gezet als I&R melding en kunt u de melding versturen via Koppelingen> I&R online > I&R online versturen.

Als u de levensnummers van de kalveren die geboren worden automatisch ingevuld wilt krijgen, dan is het mogelijk om deze reeks te importeren in het programma.

  • Ga naar [1.1] Daginvoer
  • Kies rechtsboven voor [Serie oormerken toevoegen]
  • Als u de optie voor het automatisch genereren van levensnummers voor het eerst gaat gebruiken moet u de optie ‘Automatisch I&R nummer genereren’ aanvinken.
  • Rechtsboven in dit scherm heeft u de optie [Opvragen vrije oormerken]. Als u deze knop aanklikt, dan worden de beschikbare levensnummers opgevraagd bij de RVO.
  • Als de nummers zijn geïmporteerd, dan komt de melding Voorraad vrije oormerken succesvol bijgewerkt

De volgorde van de levensnummers kunt u vervolgens zelf instellen. Hier wordt over het algemeen onderscheid gemaakt tussen levensnummers voor aan te houden kalveren en levensnummers voor andere kalveren. Dit onderscheid kan worden gemaakt door bovenin de optie Afwijkend nummer voor niet aan te houden kalveren aan te vinken. Door vervolgens op de weegschaal te klikken in het midden van de twee kolommen, wordt de beschikbare reeks gelijkmatig verdeeld. Controleer de beschikbare levensnummers en de volgorde goed en pas dit naar eigen wens aan.

Als u nu [OK] kiest, zal het eerstvolgende kalf dat geboren wordt automatisch een beschikbaar levensnummer toegekend krijgen.
Als u bij het opvragen van de reeks levensnummers de waarschuwing krijgt Gebruikersnaam, wachtwoord of BRS nummer niet ingevuld, dan kiest u [OK] en wordt u doorgestuurd naar de plaats in het programma waar u deze in kan geven. Vul de gegevens correct in (dit zijn de inloggegevens van RVO, voormalig LNV) en probeer daarna nogmaals of u de levensnummers nu wel kunt importeren.
Als u bij het opvragen van de vrije levensnummers de melding krijgt; ‘het opgegeven relatienummer is onbekend’ of de melding ‘er kan geen verbinding worden gemaakt met de centrale computer’ dan kunt u het beste eerst controleren of uw gebruikersnaam, wachtwoord en BRS-nummer nog kloppen. Ga, om dit te controleren, naar de knop ‘Communicatie’ linksboven in uw programma en kies voor ‘Wijzigen’. Kies vervolgens de knop ‘online’, nu komen uw gebruikersnaam, wachtwoord en BRS-nummer in beeld, pas deze gegevens zo nodig aan en kies ‘OK’. Probeer vervolgens opnieuw de vrije oormerken op te vragen.

Als er op bedrijf een eigen stier aanwezig is die wordt gebruikt voor samenweidingen en/of natuurlijke dekkingen, dan moet deze goed ingesteld zijn in het programma. Als u een nieuwe stier heeft aangekocht, voer deze dan eerst in (zie uitleg bij Ik heb één dier of meerdere dieren gekocht, hoe voer ik deze in?)

Om de stier te kunnen selecteren bij de invoer van samenweidingen / natuurlijke dekkingen, moet deze op de volgende manier ingesteld zijn:

  • Ga naar [1.2] Dierkaart
  • Ga naar de dierkaart van de bewuste stier
  • Ga naar tabblad Algemeen
  • Kies linksonder [Wijzig]
  • Ga naar tabblad Stamboom details en selecteer bij diersoort Fokstieren met daarbij ook Gebruik als dekstier en kies rechtsonder voor [OK]

Nu is de stier geschikt om te gebruiken voor de registratie van dekkingen via de daginvoer.

Bij aanschaf van een nieuwe computer zijn er diverse zaken die meespelen om een goed advies te kunnen geven. Onder andere de aanwezigheid van een proces computer bepaalt in grote mate de mogelijkheden. We adviseren u telefonisch contact met de helpdesk op te nemen of een mail te sturen (helpdesk@uniform-agri.com). Op deze manier kunnen we u het beste adviseren. Op dat moment kunnen we ook overleggen hoe het programma zo snel en goed mogelijk overgezet kan worden op de nieuwe computer.

Er zijn ook factoren die door de helpdesk kunnen worden aangegeven, maar niet door de helpdesk worden ingesteld. Zo is er vaak de wens om de computer automatisch op te laten starten voordat de koppeling met een proces computer plaatsvindt. Dit is een instelling die door de computer leverancier moet worden gedaan en niet door de helpdesk wordt uitgevoerd.

Neem dus vroegtijdig contact met ons op voor een gedegen advies.

Een dier dat een levensnummer heeft en als gestorven is ingevoerd in het programma, wordt inderdaad niet verzameld om door te sturen naar de RVO. Een doodgeboren kalf (die geen levensnummer krijgt) wordt echter wel verzameld om te versturen.
In het verleden werden alle meldingen van gestorven dieren wel verstuurd, maar op verzoek van het RVO is dit aangepast.

U dient in iedere situatie de melding door te geven aan Rendac, en Rendac geeft de melding op haar beurt door aan RVO. Om dus een dubbele melding te voorkomen wordt vanuit het UNIFORM programma de melding niet verzameld en verstuurd. Bij een doodgeboren kalf (zonder levensnummer) wordt de melding wel verzameld, zodat de kalfdatum van de koe wordt geregistreerd. In alle gevallen kunt u het beste eerst melden bij Rendac, daarna invoeren en melden in UNIFORM.

Voor een uitgebreide uitleg willen wij u graag verwijzen naar de opgenomen webinar over de voerberekening. Klik hier om deze te bekijken. Hieronder ziet u een korte uitleg.

U kunt de maximale daling en stijging voor uw rantsoen als volgt bekijken:

  • Ga naar [8.2] Krachtvoeradviezen
  • Vink de groep aan waarvan u de maximale daling en stijging wilt bekijken/aanpassen
  • Kies voor ‘berekenen’ (niet voor ‘alles berekenen’ kiezen, dan worden alle instellingen die u nu doet voor elke groep precies hetzelfde en dat is in dit geval niet de bedoeling)
  • Er opent nu een scherm waarin onderaan de maximale daling en stijging kan worden aangepast. Hierin geld dat 0 geen maximale daling/stijging is. Als u wel een maximale daling en stijging per dag wilt kunt u dit hier in kilo’s aangegeven. Afhankelijk of u dit per voersoort of voor alle voersoorten tegelijk wilt aangeven vinkt u ‘per voersoort’ of ‘voor alle voersoorten’ aan.

Als u de maximale daling/stijging heeft aangepast kunt u het rantsoen doorrekenen door 2x op de knop volgende te klikken. Als u nu in het krachtvoergiftenscherm bent kunt u bekijken wat er nu gevoerd gaat worden. Als dit goed is klikt u op ‘Sluiten’ en vervolgens op ‘Opslaan’. Op het moment dat u hier op ‘opslaan’ heeft geklikt worden de nieuwe instellingen ook daadwerkelijk opgeslagen voor de doorgerekende groep en wordt hier tijdens de automatische voerberekening ook mee gerekend.

Voordat er gewerkt kan worden met een procescomputer is het belangrijk dat alle zendernummers in het UNIFORM programma zijn ingevoerd. Dit kunt u gemakkelijk doen via de groepsinvoer, hier komt u via:

  • [1.1] Daginvoer, links bovenin staat de knop ‘Groepsinvoer’ hieronder zit de optie ‘zendernummers/diernummers’.
  • Deze kunt u aanklikken en vervolgens de optie zendernummer 1 kiezen, als u nu op volgende klikt krijgt u alle dieren op het bedrijf te zien en kunt u de zendernummers ingeven.

LET OP; dit geldt alleen wanneer u voor het eerst een procescomputer in gebruik gaat nemen of wanneer u oude zendernummers in het pakket heeft staan die niet meer in gebruik zijn. In alle andere gevallen (Bijvoorbeeld wanneer er sprake is van meer dan één procescomputer of wanneer u de oude zendernummers nog blijft gebruiken, is het het beste om telefonisch contact op te nemen met de helpdesk zodat er een goed advies gegeven kan worden over waar de zendernummers precies ingevoerd moeten worden.

  • Via het scherm [4.7] Medicijnaankopen kunnen aanpassingen worden gedaan in de medicijnvoorraad (als er voorraadbeheer wordt gebruikt).
  • Links onderin zit de knop ‘aanpassing’, als u op deze knop klikt krijgt u een wijzigscherm te zien waarin u een voorraadaanpassing kunt doen. U selecteert het medicijn, geeft de hoeveelheid aan en u kiest wat er met het medicijn is gebeurd.

De aanpassing die u hier doet is altijd negatief, er hoeft dus geen minteken voor de hoeveelheid te worden gezet.